In 2030 willen we in Nederland onze CO₂-uitstoot met de helft hebben verminderd ten opzichte van 1990. Dit betekent dat in 2030 in totaal 1,5 miljoen bestaande woningen met duurzame energie moeten worden verwarmd. Voor een duurzame energievoorziening is het noodzakelijk dat inwoners en bedrijven minder energie gebruiken en veel meer hernieuwbare bronnen voor energie, warmte en koude benutten. Aardwarmte biedt die duurzame, hernieuwbare warmte.
Aardwarmte onderscheidt zich van andere warmtebronnen – zoals fossiele energie – doordat bij aardwarmtewinning en gebruik nauwelijks CO₂ of fijnstof vrijkomt. Aardwarmte kan in een aanzienlijk deel van de warmtebehoefte van woningen en bedrijven voorzien. Het is een constante warmte; alleen op heel koude dagen is een aanvullende warmtebron nodig, zoals restwarmte, groen gas of biomassa.
Voor een duurzame energievoorziening is het noodzakelijk dat inwoners en bedrijven minder energie gebruiken en veel meer hernieuwbare bronnen voor energie, warmte en koude. Aardwarmte biedt die duurzame, hernieuwbare warmte. De aardwarmtesector heeft haar visie op de toekomst van aardwarmte in Nederland vastgelegd in een masterplan. Hierin wordt uiteengezet hoe aardwarmte zich samen met andere warmtebronnen kan doorontwikkelen tot een basis energiebron. Lees meer over de ontwikkelingen in Nederland.
Geothermie wordt gezien als een van de schoonste en goedkopere bronnen van duurzame warmte. Maar hoeveel CO₂-uitstoot produceren een geothermiebron en de warmtenetten daadwerkelijk? TNO deed onderzoek en zet in een whitepaper de feiten op een rij.
In het Klimaatakkoord staat de Nederlandse uitwerking van de internationale klimaatafspraken van Parijs (2015). In 2021 moeten gemeenten voor alle wijken een plan hebben voor een warmtevoorziening zonder aardgas. Regio’s en gemeenten kiezen altijd voor een combinatie van energiebronnen. Aardwarmte krijgt in de collectieve “energiemix” naar verwachting een belangrijkere plaats. In 2030 willen we in Nederland onze CO₂-uitstoot met de helft hebben verminderd ten opzichte van 1990. Dit betekent dat in 2030 in totaal 1,5 miljoen bestaande woningen met duurzame energie moeten worden verwarmd. In het Klimaatakkoord is afgesproken dat de dertig energieregio’s in Nederland de komende tijd onderzoeken hoe en waar we duurzame elektriciteit kunnen opwekken en welke warmtebronnen in plaats van aardgas komen. Elke regio kiest daarbij een eigen weg. De plannen worden vastgelegd in een Regionale Energiestrategie (RES).